The Grand Slam

Dit gaat niet over tennis. Dit gaat over verzengende hitte en extreme kou. Over duizenden en duizenden meters te voet afleggen onder omstandigheden die vaak verre van ideaal zijn. Het gaat over grenzen verleggen en er soms zelfs een beetje (ver) overheen gaan. En uiteindelijk over iets dat slechts een zeer select deel van de aardbewoners daadwerkelijk voor elkaar heeft gekregen.

De Explorer’s Grand Slam

Voor als je de 7 Summits hebt gedaan en je wil nog iets meer. Om de Explorer’s Grand Slam te behalen, moet je niet alleen de hoogste bergen van de 7 continenten beklimmen, maar ook nog naar de Noord- en de Zuidpool lopen. Dat hoeft tegenwoordig niet meer helemaal van de kust naar 90º; alleen de laatste breedtegraad is voldoende. (Moet je natuurlijk wel eerst op 89º komen: dat is al uitdaging genoeg.) Alles bij elkaar is het een prijzige aangelegenheid (alleen al op Antarctica komen kost je 10.000 euro, bijvoorbeeld), om van de lichamelijke inspanning, de ontberingen en zelfs het levensgevaar nog maar te zwijgen.

Het is dan ook niet zo gek dat de lijst met mensen die dit gepresteerd hebben, nog geen 60 namen telt. Eén Nederlander – Wilco van Rooijen. De lijst wordt niet eens helemaal gedomineerd door mannen: ook vrouwen zijn goed vertegenwoordigd onder de Grand Slammers. Een bijzonder voorbeeld vind ik Masha Gordon: een vrouw die pas begonnen is met klimmen toen ze halverwege de 30 was en die tussen oktober 2015 en mei 2016 alle zeven toppen en de Noord- en de Zuidpool bereikt heeft.

Als dit nóg niet voldoende is, kun je ook nog altijd voor de True Explorer’s Grand Slam gaan: dan beklim je ook nog alle 14 achtduizenders in de Himalaya.

 

 

De Marathon Grand Slam

Tot afgelopen weekend wist ik niet dat er een equivalent van deze Grand Slam was op hardloopgebied. Maar waarom ook niet? Op elk continent, én op de Noordpool, een (ultra)marathon lopen: dit levert je een plaats op op een net zo selecte lijst van bikkels. 101 mensen staan er op de Grand-Slamlijst: 81 mannen en 20 vrouwen. Wederom één Nederlander, Rob Plijnaar.

Moet je je even voorstellen: acht marathons (of langer) lopen. Voor veel mensen is dat al iets waar ze niet aan moeten dénken, is één marathon al een idiote gedachte. En dan ook nog op onmogelijke plekken. Met name de Noord- en de Zuidpool: daar heb je niet veel aan te kiezen, dat wordt gewoon afzien bij -30 graden, als het niet erger is. De andere marathons heb je nog een béétje voor het uitkiezen – maar toch kiezen sommige renners voor de Marathon des Sables (lees voor de grap eens het wedstrijdreglement) in plaats van de marathon van Kaapstad, en voor de Mount Everest Marathon in plaats van bijvoorbeeld de marathon van Beijing. En eigenlijk snap ik wel waarom.

 

Laat ik op 8 april 2018 maar eens beginnen met de marathon van Rotterdam en kijken hoe dat gaat. Als mijn broer en ik die een beetje leuk lopen, hebben we afgesproken dat we ons proberen in te schrijven voor New York. En de Mount Everest Marathon staat al op mijn netvlies sinds ik 2,5 jaar geleden naar het Base Camp liep, en op mijn bucketlist sinds ik serieus mijn hardloopafstanden aan het uitbreiden ben. Dat zijn al drie continenten. Wie weet wat er nog volgt.

 

Leave a comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *

%d bloggers like this: